Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen.

Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies zorgen ervoor dat we het gebruik van de website kunnen meten en verbeteringen door kunnen voeren.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Deze cookie stellen onze advertentiepartners in staat om doelgerichter informatie te kunnen aanbieden.

Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen.

Hubert Gerónimo Fermina

09-05-1948 (Willemstad (Curaçao)) — 21-05-2022 (Amersfoort)
Portret van Hubert Fermina.

Portret van Hubert Fermina

Regionaal Archief Dordrecht

circa 1990

Hubert Gerónimo (Hubert) Fermina werd geboren in Willemstad (Curaçao) op 9 mei 1948, hij overleed in Amersfoort op 21 mei 2022. Hubert was een kind uit het huwelijk tussen Lorenzo Pedrito Fermina (Willemstad (Curaçao) 2 februari 1917), werkzaam bij Shell en Maria Candelaria Damoen (Willemstad (Curaçao) 2 februari 1914). Verder werden uit de huwelijk geboren de broers Wilfred, Ronald en Charles en zus Wilfrida (Frida). Vader Lorenzo had daarnaast een dochter uit een andere relatie, Yvette.

Hubert trad op 26 juli 1977 te Amersfoort in het huwelijk met kunstenaar Maria Willemina (Ria) van 't Hoenderdal (Bunnik 6 december 1953-Arnhem 27 april 1981). Na het overlijden van Ria kreeg Hubert een relatie met Izaak de Bruijne, vertegenwoordiger bij een modebedrijf. Tot aan Huberts dood waren ze samen. Hubert en Izaak deelden de zorg over meerdere (pleeg)kinderen.

De maatschappelijk betrokken Hubert Fermina koos aanvankelijk voor een baan in de zorg. Hij richtte zijn leven in met kleur, diversiteit en variatie. Als politicus voor D66, maar ook daarbuiten, zette hij zich in voor anderen. Fermina was vier jaar lang (1990-1994) raadslid en wethouder in Dordrecht. Hij was het eerste Tweede Kamerlid met Antilliaanse wortels, en als zodanig een vertrouweling van toenmalig koningin Beatrix over Antilliaanse zaken. Na zijn vertrek uit de politiek bleef hij actief in allerlei regionale en landelijke bestuursfuncties.

Al jong was Hubert Fermina voorbestemd om priester te worden, zijn zeer gelovige moeder zag in hem de eerste zwarte bisschop van Curaçao. Op 11-jarige leeftijd verhuisde hij naar het kleinseminarie op het eiland. Op zijn 21ste vertrok Hubert naar Nederland. 'Veel zwarte arbeiders protesteerden in 1969 tegen hun lage lonen en de slechte omstandigheden bij Shell, ook mijn vader. De gebouwen rond de raffinaderij stonden in brand en alles liep uit op een volksopstand. Exact op dat moment stapte ik op het vliegtuig en liet mijn familie achter'.

Hij ging echter niet naar het grootseminarie, maar besloot als verpleegkundige aan de slag te gaan bij de Willibrordusstichting in Heiloo (nu onderdeel van GGZ - Noord-Holland Noord). Vervolgens werkte Hubert als groepshoofd met moeilijk opvoedbare jongeren (1972-1974, Amsterdam) en meervoudig gehandicapten (1974-1977, Doorn). Na Heiloo woonde Fermina een paar jaar in Amersfoort, daarna verhuisde hij naar Lelystad. In die plaats ging Hubert aan de slag als coördinator maatschappelijk werk. Tijdens zijn werk leerde hij zijn vrouw kennen, maar hun huwelijk was tragisch genoeg van korte duur. In 1981 overleed Ria op 27-jarige leeftijd nadat hun auto werd aangereden door een automobilist die door rood reed. Haar dood was voor Hubert een keerpunt in zijn leven. Zijn drijfveer iets voor anderen te willen betekenen werd nog groter.

In september 1974 was Huberts politieke loopbaan begonnen, hij werd voor D66 lid van de gemeenteraad in Lelystad. Tot 1981 zou hij deze rol blijven vervullen, daarna was hij een paar jaar niet politiek actief. In 1985 kreeg Fermina een andere baan, hij ging werken bij de Sociale Werkplaats (nu Drechtwerk)  in Dordrecht als hoofd Bedrijfsmaatschappelijk en Personeelswerk. Niet veel later ging hij in Dordrecht aan de Spuiweg wonen. Daarna woonde Hubert aan de Dubbeldamseweg Zuid en aan de Wittenstein (Sterrenburg). Fermina pakte zijn politieke activiteiten ook weer op, in de periode 1986-1990 was hij lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland.

Tot 1998 bleef Hubert Fermina actief in de politiek, maar een echt politiek dier zou hij in al die jaren naar eigen zeggen nooit worden. Aansluitend op zijn periode als Statenlid lid werd Hubert in mei 1990 lid van de gemeenteraad in zijn woonplaats. Bovendien werd hij ook meteen wethouder. Steeds meer werd hij vervolgens voor allerlei bestuurs- en nevenfuncties benaderd. Met name op het gebied van zorg en onderwijs was Fermina wat dit betreft erg actief. Zijn politieke carrière bereikte een hoogtepunt toen Hubert in mei 1994, als eerste Antilliaanse Nederlander ooit, werd gekozen in de Tweede Kamer. Hij had daar (tot aan 1998) onder andere welzijn, (geestelijke) gezondheidszorg, sport en Antilliaanse zaken in zijn portefeuille.

Zelf vond hij het wethouderschap de mooiste baan. De deur stond in zijn Dordtse tijd voor iedereen open en in die functie heeft hij het meeste voor (kans)arme mensen kunnen betekenen. 'Ik regelde een budget voor de armste bewoners, ik regelde kinderopvang en was veel in de stad om met bewoners te praten. Dat zette kwaad bloed bij andere wethouders, met name die van de Partij van de Arbeid. Ik pikte hun thema’s in en profileerde me ermee. Het raakte me niet'. Den Haag beviel Fermina minder en bij de Tweede Kamerverkiezingen in 1998 stond hij dan ook op een onverkiesbare plaats. Terugblikkend zei hij in 2016: 'In Den Haag zijn veel mensen vooral met zichzelf bezig'. Een jaar na zijn afscheid als Kamerlid werd Hubert benoemd als directeur van het Landelijk Bureau Racismebestrijding (LBR). Weliswaar altijd op de bres voor acceptatie was hij tevens wars van het 'pamperen' van migranten.

Hubert Fermina stond bekend om zijn innemendheid en scherpe analyses. Hij smeerde geen stroop om de mond en zei rustig tegen iemand die te veel aandacht vroeg: 'praten kun je al, nu nog leren luisteren'. Met zijn humor en charme bereikte Fermina veel. Het was lastig om met hem ruzie te krijgen en hij gold als een verbinder pur sang. In 2000 solliciteerde Hubert als burgemeester in Zoeterwoude-Rijndijk. Toen men ontdekte dat hij samenleefde met een man, ging de baan echter niet door. Een zwarte homoseksuele burgemeester was blijkbaar te veel van het goede? Pas de laatste jaren kwam Hubert openlijk uit voor zijn geaardheid. Zijn partner stelde hij tot dan bij officiële gelegenheden voor als 'een vriend'. Soms tot ongenoegen van Izaak, die wel openlijk gay is.

De belijdende rooms-katholieke Fermina zette zich in binnen het bisdom Rotterdam en voor een oecumenische kerk. Als directeur van het LBR bekleedde Hubert hiernaast de nodige aanverwante functies. Hij was (bestuurs)lid van diverse beleids- en adviescommissies op het terrein van minderheden en antidiscriminatie. Meermaals verkleedde Hubert zich in Dordrecht als Piet, maar gaandeweg is hij anders over Zwarte Piet gaan denken. 'Het is logisch dat veel mensen het als discriminerend ervaren. Dat snap ik en daar ben ik het mee eens. Door de hele discussie is de associatie (…) me te heftig geworden. Het is maatschappelijk niet meer aanvaardbaar. Dat zie ik nu in, terwijl ik dat aanvankelijk niet zo ervaarde'.

Hubert Fermina was een familiemens, een fervent kunstliefhebber en -verzamelaar bovendien. Hij tobde jarenlang met zijn gezondheid, was diabeet en er werd meerdere keren kanker bij hem gediagnosticeerd. Maar ook op latere leeftijd was stilzitten niets voor Hubert. Kort voor zijn dood werkte hij nog als vertrouwenspersoon in de penitentiaire inrichting in Lelystad en als vertrouwenspersoon inclusie bij D66. Na zijn vertrek uit Dordrecht ging Hubert weer in Amersfoort wonen, maar ook verbleven hij en Izaak regelmatig op Curaçao. Zij deden dat ook toen begin maart 2020 corona nog enkel een Aziatisch probleem leek. Kort daarna zagen ze zich echter genoodzaakt terug naar Nederland te gaan. Twee jaar later overleed Hubert, kort na zijn 74ste verjaardag.

Bronnen en literatuur

Dagblad Trouw, 29 juni 2019 en 27 juni 2022.
De Stentor, 23 mei 2022.

Auteur

Sander van Bladel (augustus 2022)