Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen.

Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies zorgen ervoor dat we het gebruik van de website kunnen meten en verbeteringen door kunnen voeren.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Deze cookie stellen onze advertentiepartners in staat om doelgerichter informatie te kunnen aanbieden.

Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen.

Jan van der Togt

14-06-1905 (Gouda) — 03-02-1995 (Antwerpen)
Portret van Jan van der Togt in zijn museum in Amstelveen

Museum Van der Togt

Portret van Jan van der Togt in zijn museum in Amstelveen

Museum Van der Togt

Jan van der Togt werd geboren in Gouda op 14 juni 1905 en overleed te Antwerpen op 3 februari 1995. Hij was de jongste van acht kinderen van Gijsbertus Johannes van der Togt (1856-1919) kaashandelaar, geboren en overleden in Gouda en Pieternella Manschot (Gouda 1863-Dordrecht 1943).


Hij trouwde op 13 november 1929 te Dordrecht met Alida Catharine (Tine) Korthals (1905-1998), de dochter van Hendrikus Albertus Korthals (1856-1939) architect, en Johanna de Roo (1865-1942). Uit het huwelijk van Jan en Tine werd een drietal kinderen geboren:
- Ilja (1934-1998)
- Ben (1942)
- Robert (1946)


Jan van der Togt startte met zijn broer Wim een onderneming onder de naam Tomado, kort voor Van der Togt Massa-artikelen Dordrecht. De kleine onderneming groeide uit tot een groot bedrijf. Tomado werkte aanvankelijk vooral met producten uit metaaldraad zoals schilderijhaken en aardappelstampers. Latere, bekende producten waren onder meer afdruiprekken en de kleurige metalen boekenplankjes. In de loop van de tijd vervaardigde Tomado vele honderden artikelen. Ontwerper Gerrit Rietveld (1888-1964) noemde de producten mede door hun eenvoud een schoolvoorbeeld van excellent Hollands ontwerp.


Jan was de jongste telg uit een orthodox-protestants gezin. De familie was lid van de Vergadering van gelovigen, een evangelische beweging met de Bijbel als Gods onfeilbaar woord als uitgangspunt. In zijn latere leven sloot Jan zich aan bij de vrijzinnige Remonstrantse Broederschap in Dordrecht. Jan bezocht in Gouda de Christelijke Volksschool waar hij een van de beste leerlingen was. Hij wilde naar de HBS maar zijn vader kon het schoolgeld niet opbrengen en dat betekende dat de keuze vrijwel was beperkt tot de Ambachtsschool. Jan was er een goede leerling.


Na het overlijden van vader Van der Togt werd de kaashandel verkocht en het gezin verhuisde naar Dordrecht waar Jan bankwerkersjongen werd bij de blikfabriek van C.B. Bekkers (later de Verenigde blikfabrieken, Verblifa) en Wim werkte er in een naaimachinehandel. Jan volgde in de avonduren de opleiding tot machinist op de grote vaart op de machinistenschool aan het Kromhout in Dordrecht. Bij de KPM, de Koninklijke Paketvaart Maatschappij werd hij vanwege zijn matige gehoor afgekeurd.


Toen zij klachten hoorden over ondeugdelijke schilderijhaakjes wisten de Van der Togts betere te produceren. Jan en Wim begonnen een eigen bedrijfje op de zolder van hun huis aan de De la Reystraat in Dordrecht. Daar knutselden de broers schilderijhaakjes in elkaar en startten hun bedrijf in 1923 met een startkapitaal van nog geen tachtig gulden. Met een tang en verkoperd staaldraad maakte Wim schilderijhaken waarmee Jan de winkels afging. Er bleek vraag naar dit product. Een winkelier verzocht hen een ophangsysteem voor wandborden te maken. Dat deden ze, en goed. Op 27 december 1923 schreven de broers hun N.V. Tomado in bij de Kamer van Koophandel in Dordrecht. Het eerste jaar bedroeg de omzet 850 gulden. Jan en Wim zegden hun baan op en richtten zich helemaal op hun onderneming. Begin 1924 maakte de toenemende vraag het aanstellen van het eerste personeelslid noodzakelijk. De broers verlieten hun zolderkamer en namen aan de Cornelis de Wittstraat een werkplaats van 100 m2 in gebruik.


Een jaar later huurden ze een deel van de voormalige Lipsfabriek aan de Spuiweg. De groei zette zo door dat er inmiddels tien werknemers op de loonlijst stonden. Tomado kreeg in 1926 een impuls door de grote vraag naar goedkope huishoudelijke artikelen die ontstond door de oprichting van warenhuis de HEMA en door het kapitaal dat zwager W.M.G. Hornis (1882-1958) investeerde. Het laaggeprijsde assortiment werd snel uitgebreid. Hoofdbestanddeel van de Tomado-artikelen was toen nog steeds vertind staal- of koperdraad. De broers wisten de tot dan toe uit Duitsland geïmporteerde producten van vertind draad sterk te verbeteren. De hoge kwaliteit werd opgemerkt door het IVHA, het Instituut tot Voorlichting bij Huishoudelijken Arbeid (opgericht 1927), de eerste consumentenorganisatie in Nederland, wat goede publiciteit opleverde. Bovendien gaf dit instituut hun de opdracht een afdruiprek te ontwerpen. Dit nieuwe product uit geplastificeerd draad (Tomestic) zou tot de standaarduitrusting van de Nederlandse huishoudens gaan behoren. Tomado overleefde de crisis van de jaren dertig door de praktische bruikbaarheid en de scherpe prijzen van zijn artikelen.


Tomado bouwde in 1937 een nieuwe fabriek aan de Rotterdamseweg in Zwijndrecht waar dertig mensen werk vonden. Jan en Tine verhuisden naar Zwijndrecht. Wim was inmiddels technisch directeur (‘kan niet bestaat niet!’) en Jan voerde de algemene directie. Hij was een zuinige werkgever (punaises kosten ook geld!), was niet snel tevreden en kon moeilijk delegeren. Sommigen klaagden over zijn lastige karakter en zijn gebrek aan sociale vaardigheden. Vakantie viel hem zwaar: hij liet het bedrijf maar moeilijk voor kortere of langere tijd aan anderen over.


Het assortiment werd uitgebreid en de omzet steeg tot 1,2 miljoen gulden per jaar. Bij het begin van de Tweede Wereldoorlog kon bijna niet meer aan de vraag worden voldaan doordat er massaal gehamsterd werd. De productie nam echter toch af als gevolg van het gebrek aan metalen. De Nederlandse Kabelfabrieken (NKF) uit Delft leverden echter nog draad en daarmee kon Tomado verder draaien.


Tijdens de Februaristaking in 1941 werd ook gestaakt bij Tomado. De Duitsers hielden Wim van der Togt verantwoordelijk, arresteerden hem en hij werd ter dood veroordeeld. De uitvoering van het vonnis ging op het laatste moment niet door. De ter dood veroordeelden werden door de Duitsers in alfabetische volgorde geëxecuteerd. Aan het eind van de middag vond men dat het genoeg was geweest maar men was nog niet aan de T toegekomen. De volgende dag werd Wim door een misverstand heengezonden om na enkele dagen op last van de Duitsers door de Nederlandse politie weer opgepakt te worden om bijna twee jaar in kamp Vught gevangen te worden gehouden Hij kwam medio 1943 vrij.


In 1942 leverde het bedrijf een grote hoeveelheid producten aan Duitse bedrijven en kort daarna stelde de Duitse bezetter een ‘Verwalter’ aan die het bedrijf dwong meer voor de Duitsers te produceren. Dat leverde na de bevrijding in 1945 een probleem op: Jan van der Togt werd door de Politieke Opsporingsdienst (POD) gevangengezet in de Benthienkazerne in Dordrecht. Het Militair Gezag ontving echter brieven met ontlastende verklaringen waaronder een van een Joods personeelslid dat meldde dat Jan hem had geholpen onder te duiken. Na een gevangenschap van enkele weken werd hij op vrije voeten gesteld en besloot men af te zien van vervolging.


Na de bevrijding bood de wederopbouw nieuwe kansen. De overheid bestelde 300.000 petroleumkacheltjes die Tomado vervaardigde uit door de Amerikanen achtergelaten biscuitblikken. Tomado groeide en verschafte inmiddels werk aan vijfhonderd werknemers. Een studiereis van Jan naar de Verenigde Staten in 1948 leverde kennis op over het aantrekkelijker presenteren van hun producten. Van Ekco (Chicago), de grootste fabrikant van huishoudelijke artikelen in de VS, kregen ze toestemming hun producten in licentie te vervaardigen. Dat leverde een succesnummer op: de patatsnijder waarvan Tomado er meer dan anderhalf miljoen zou maken. In een overname door Ekco zagen de broers echter niets.


Broer Wim kwam allengs meer op de achtergrond te staan. Rond 1955 ontstond een conflict tussen de broers over verschil in salaris, aandelen, bonussen en het al dan niet naar de beurs brengen van Tomado, wat tenslotte leidde tot eervol ontslag van Wim. Hij bleef aan Tomado verbonden als adviseur van de raad van commissarissen en als directeur van dochteronderneming Tozindo (Van der Togts Verzinkerij Dordrecht). De fabriek van Tozindo aan de Merwedestraat in Dordrecht was een modern ontwerp van architect Huig Aart (Hugh) Maaskant (1907-1977).


In de jaren vijftig bloeide Tomado. Er kwamen grote opdrachten binnen voor bijvoorbeeld kleerhangers voor grote kledingwinkelketens, winkelwagens en schappen voor supermarkten. In 1955 opende Prins Bernhard een nieuwe fabriek in Etten-Leur, eveneens een ontwerp van Maaskant. Er werd geld uitgegeven aan kunst: de Russisch-Franse beeldhouwer Ossip Zadkine (1890-1967) schiep een reliëf dat de gevel van de fabriek sierde.


Op het hoogtepunt waren er vier Tomado-fabrieken in bedrijf: Dordrecht, Zwijndrecht, Etten-Leur en Puurs in België. In deze dagen had Tomado een naamsbekendheid van 98%. Maaskant ontwierp ook het iconische Tomadohuis aan de Stationsweg in Dordrecht, een van de eerste kantoorpanden in Nederland met airconditioning dat op 13 april 1962 werd geopend. Het gebouw trok talloze belangstellenden naar Dordrecht. Op de westgevel werd een plastiek aangebracht van Joop van den Broek (1928-1978). Wegens bouwtechnische problemen werd het in 1982 vervangen door een kunstwerk van Sies Bleeker (1941-2014).


Begin jaren 70 kwam Tomado in zwaar weer door de hoge kosten van de gebouwen, productiekosten en door concurrentie. Het grote metaalconcern de Bekaert Group uit België nam in 1971 de aandelen van de broers over en in datzelfde jaar nam Jan van der Togt op 66-jarige leeftijd afscheid van het bedrijf waaraan hij bijna vijftig jaar leiding had gegeven. Gedurende zijn loopbaan ontwikkelde Jan zich tot kunstverzamelaar; kunst die een plaats kreeg in kantoren en fabrieken van Tomado. Hij had na zijn afscheid tijd om meer aandacht te schenken aan zijn collectie abstract-expressionistische schilderkunst en glaskunst. Zijn verzameling werd ondergebracht in Museum Jan van der Togt dat in 1991 in Amstelveen werd geopend.


Tomado werd op 29 januari 1982 failliet verklaard en werd vervolgens een merk van het Zwitserse Metaltex. Nog steeds zijn er veel producten van Tomado verkrijgbaar zoals trappen, het fameuze boekenrek, droogrekken, friteuses, koffiemolens enzovoort.


Varia


Officier in de Orde van Leopold III (België 1967).
Officier in de Orde van Oranje-Nassau (1970).


Archieven


Regionaal Archief Dordrecht, Draadwarenfabriek ‘Firma Tomado’ en haar rechtsopvolgers (archieftoegang 855).


Literatuur


M. Hummelen e.a., Tomado - Van der Togt’s Massa-artikelen Dordrecht 1923-1982 (Hoog-Keppel 2013).
J. Visser e.a. (red.), Nederlandse ondernemers 1850-1950, deel IV (Zwolle 2013).
M. Provoost, Hugh Maaskant. Architect in Progress (Rotterdam, 2013).


Met dank aan de familie Van der Togt.

Auteur

Roel Leentvaar (december 2016)